Minder spullen betekent minder inpakken, minder verhuizen en meer ruimte om overzichtelijk en prettig te wonen. Hieronder krijgt u tips om het opruimen makkelijker te maken

Begin klein 

U hoeft niet in één keer door het hele huis. Start met één lade, een kastje of een hoek van een kamer. Kleine stapjes zorgen voor een groot verschil. 

Gebruik drie categorieën 

Houd bij het opruimen drie stapels of dozen bij de hand: 

• Bewaren, dit gebruikt u regelmatig of heeft waarde voor u
• Wegdoen, dit gebruikt u niet meer of is overbodig
• Twijfel, hier komt u later op terug 

Twijfelen mag 

Niet alles hoeft meteen weg. Doe spullen waar u over twijfelt in een aparte doos. Zet die een paar weken weg. Heeft u er niet naar omgekeken? Dan kunt u ze waarschijnlijk alsnog loslaten. 

Herinneringen zijn waardevol 

Sommige spullen hebben vooral emotionele waarde. Kies bewust welke u wilt houden, u hoeft niet alles te bewaren om de herinnering levend te houden. Denk aan het fotograferen van voorwerpen als alternatief. 

Geef spullen een tweede leven 

Wat u zelf niet meer nodig heeft, kan voor een ander van waarde zijn. Denk aan de kringloopwinkel, familie, buren of goede doelen. Dat maakt loslaten vaak een stukje makkelijker. 

Houd overzicht 

Werk met vaste dozen of manden voor de verschillende categorieën. Zo blijft het opgeruimd en voorkomt u dat spullen weer terug in de kast belanden. 

Neem de tijd 

Ontspullen is ook afscheid nemen. Gun uzelf de tijd om rustig keuzes te maken. Plan elke week een vast moment in en stop op tijd. Liever tien rustige opruimsessies dan één stressvolle dag.